De Lelie, buiten de Seispoort, op de hoek van de Seisdam en de Seisstraat
1597(oprichting)
Jan van Hoorbeke
In 1597 werd er 5.10.0 ponden betaald voor het maken van zekere kaaije buiten de Oude Seijspoort, voor ende
beneffens de nieuwe brouwerij van De Lelie van Jan van Hoorbeke.
Volgens Kesteloo stadsrekening van 1597 werd er gedolven aan de vijver buiten de Seispoort in het oude handbooghof,
misschien ten dienste van de nieuwe brouwerij van Jan van Hoorbeke buiten de oude Seispoort.
Volgens het haardstedengeld 1606 was Jan van Hoorenbeke eigenaar en bewoner van een huis, dichtbij de Seispoort,
met 6 haardsteden.
In het haardstedengeld van 1606 staat als eigenaar en bewoner van een huis dichtbij de Seispoort Jan van Horenbeke
genoemd. Huis had zes haardsteden.
Hierboven een deel van een afbeelding, met rechtsboven de brouwerij De Lelie, met het jaartal 1597.
Uit Aensien doet gedencken: Het schuttershof Sint Sebastiaan te Middelburg door P.J. Smallegange.
De Lelye, in de Nieuwstraat
Volgens Kesteloo stadsrek. had Jan van Hoorbeke in 1606 een nieuwe brouwerij in de Nieuwstraat.
In 1606 werd door de gemeente betaald voor pannendek op zijn nieuwe brouwerij in de Nieuwstrate
aan Jan van Hoorbeke.
Uit het haardstedengeld jaar 1606 heeft het huis aankomende Jan van Horebeke, brouwer, ende bij hem
bewoond metten fornaissen zeven haardsteden. In het haardstedengeld van 1601 staat geen Jan van Horenbeke in
de Nieuwstraat vermeld.
In het Journaal tenue par Isaac Beeckman de 1604 á 1634. Tome 1: 1604 - 1619 staat o.a. dat Andries Lambrechts,
geboren in het toenmalige Belgische Petegem, in deze brouwerij kwam wonen rond 1621 tot 1624. welke brouwerij
waarschijnlijk toebehoorde aan Jan van Horenbeke. Volgens het haardstedengeld 1606 klopt dit.
Jan van Hoorenbeke leverde bier van ca 1605-1610 aan het gasthuis, Jan of Johan van Hoorenbeke, de Jonge van
1616-1637 en de weduwe van Johan van Hoorenbeke (de Jonge) in 1638.
Volgens de 1/1000
ste
penning, uit het archief van de StvZ., inv.nr 1770, betaalde op 18 sep. 1622 Jan van Horenbeke
6 ponden Vlaams.
De Lelie, in de Koestraat
1640-1650 Jan de Wolf leverde bier aan het gasthuis van 1640-1649 en huurde van de regenten van de
Godshuizen een regenbak vanaf 23 juli 1642 tot 23 maart 1650 voor 11 ponden Vlaams per jaar.
1655-1667
Pieter Leeman leverde bier in de jaren 1655, 1658-1660 aan het gasthuis. Uit de colleterale successie:
“Marya Ghekyre”, brouwerij De Lelie, is begraven op 9 nov. 1666 en het kind van Pieter Leeman, brouwerij
De Lelie, is begraven op 22 juni 1667 in de Franse kerk.
Op 21 maart 1669 werd begraven in de Franse kerk Gaspar van Laer volgens begraaflijst met als adres in
de brouwerij de Lelie.
(1673)1678 In 1673 kocht Jan Geschiere mout van de mouterij van Cornelis Udemans, ook in datzelfde jaar kocht Jan
Geschiere samen met Jan Aelbrechtsen mout, volgens oud archief Godshuizen, in.nr 1355.
Andries en Jan Gesiure (Gesgiere) betaalden 22 april 1678 het stadsuniegeld i.v.m. het kopen de brouwerij
De Lelie, tussen de oude en de nieuwe Beestemarkt bij decreet voor 1370 ponden. Jan betaalde het
stadsuniegeld op 22 april 1678 i.v.m. het overnemen van het aandeel van Andries in de brouwerij.
Uit Godshuizen oud archief, inv.nr 1384.2, het 16e schuldboek.
Over de periode van 1679 tot 1751 heb ik niets kunnen vinden behalve dat een kind “Marij Gisquire” op
4 januari 1679 werd begraven en “Jan Gesquiere” werd begraven in september 1680 in de Nieuwe kerk
volgens begraaflijst met als adres van de brouwerij de Lelie, en een betaling in 1681 van het stadsuniegeld
i.v.m. de koop van een 2-tal huizen in de Koestraat.
1751-1782 Vanaf 1751 tot 1782 leverden Smitman en Meertens bier aan het VOC op Ceylon en vanaf de koop van de
brouwerij door Meertens tot 1785 leverde laatstgenoemde het bier aan het VOC op Ceylon.
Vanaf 1755 tot1777
leverde Jacobus Smitman bier aan het gasthuis en leverde hij ook aan de MCC,
volgens archief MCC, inv.nr 1477.
Vanaf 1778 tot1782 leverden Smitman en Meertens bier aan het gasthuis.
1782-1796
Pieter Meertens kocht op 27 juni 1782 van Jacobus Smitman een brouwerij en paardenstal in de Koestraat.
Stuk, uit Rkk D, inv.nr 69611, waarin staat dat Pieter Meertens van Jacobus Smitman
een “brouwerije en paardestal” in de Koestraat koopt voor 1500 ponden Vlaams op
27 juni 1782.
Betalingen door de Godshuizen werden gedaan van 14-8-1782 t/m 20-9-1795 wegens geleverd bier.
Hij huurde een regenbak van de regenten van de Godshuizen vanaf 27 maart 1790 t/m 26 maart 1800.
Pieter Meertens overleed op 20 april 1798 op 45-jarige leeftijd en werd in de Nieuwe Kerk begraven.
1798-1799
Johanna van den Thoorn, de weduwe van Pieter Meertens. Zij ging in Middelburg in ondertrouw met Jacob
Snijders op 20 januari 1799.
1799-1819
Jacobus Snijders leverde in de jaren van 1799-1807 bier aan de Godshuizen.
In Prefecturr inv.nr 119 zit een stuk uit 1808 waarin staat dat de brouwerij 7 personeelsleden heeft. In de
Middelburgsche Courant van 10 april 1819 staat de bierbrouwerij, met o.a. een rosmolen, bierkelder, een
aan de brouwerij annex gelegen woonhuis en een aan de overzijde van de straat gelegen paardenstal voor
5 paarden, te koop. Overvloedig voorzien van wel- en regenwater.
Jacobus Snyders doet volgens de Middelburgsche Courant van 9 oktober 1819 de bierbrouwers-affaire over
aan zijn zoon J. Bal Snyders.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 9 oktober 1819.
1819-1828
J. Bal Snijders. Deze zoon kocht op 27 december 1819 van zijn vader J. Snyders voor F 12.000 de bier-
bouwerij De Lely in de Koestraat, wijk K 291, pakhuis K 292, pakhuis op de Beestenmarkt K 301, pakhuis
Kalkstraat P 206, pakhuis en pomp achter de oude kerk E 293, huis en pomp aan de oude kerk E 291 en
huis en erve aan de Beestenmarkt K 300 (wijk K 283, 284) Hij leverde in de periode 8 januari 1822 t/m 2
december 1824 princesse bier aan de Godshuizen.
1828-1840
C. Hisser. In de Middelburgsche Courant van 12 augustus 1828 staat dat Mr. J. Bal Snijders (van beroep
advocaat) de bierbrouwerij over doet aan C. Hisser m.i.v. 1 september 1828.
Uit repertoria notarieel archief voor 1842: In 1828 verkoopt Mr. J. Bal Snijders de bierbrouwerij, met huizing,
paardenstal, pakhuizen en pompen aan Christiaan Hisser voor F 9300.
1840
Dirk Dronkers. M.i.v. 1 september 1840 had D. Dronkers de bierbrouwerij overgenomen van C. Hisser.
1843-1858
Dirk Dronkers en C. Nuys, vanaf 28 april 1843 onder de naam Firma van Nuys en Comp.
Op 13 december 1858 werd een nieuwe vennootschap onder firma een feit. De plaats van Dirk Dronkers
werd in deze firma door zijn zoon Karel Hendrik Dronkers ingenomen. In de laatste jaren van zijn bestaan
mocht de brouwerij het predikaat Koninklijk dragen.
1861
Volgens de Naamlijst van Middelburg werd de bierbrouwerij met verdere vervolgen op 1 juli 1861 verkocht.
1867 In de Middelburgsche Courant van 26 oktober 1867 werden o.a. een partij brouwersgereedschappen, zes
paarden, drie wagens en twee sleden te koop aangeboden, wat het einde betekende van deze brouwerij.
Vermeldingswaardig is dat de middelste van de 7 consoles van het huis Koestraat nr 5 met een lelie is
versierd.
Voor meer gegevens over deze brouwerij, zie het boek: Hop en gerst veredeld. De geschiedenis
van bier in en rond Middelburg 1800-2000, over bierbrouwerijen, bierhandel en biercultuur, door
Eric Hageman en Toon Franken.
Uit de Middelburgsche Courant van 24 november 1857.
Uit de Middelburgsche Courant van 4 februari 1858.
Uit de Middelburgsche Courant van 29 april 1843.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 19 juli 1821.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 14 augustus 1828.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 17 september 1840.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 1 juli 1841.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 24 april 1855.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 24 april 1855.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 6 mei 1843.
Uit de Middelburgsche Courant van 31 juli 1860.
Uit de Middelburgsche Courant van 27 maart 1858.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 29 juni 1843.
Advertentie uit de Middelburgsche Courant van 1 september 1840.
Koptekst van een rekening aan de regenten van de Godshuizen.
Uit de Rotterdamse Courant van 15 december 1795: Overlijden van Jacobus
Smitman op 5 december 1795 op 80 jarige leeftijd te Middelburg, gemeld door de
weduwe Adriana Johanna Paays. Na zijn leven als bierbrouwer was hij met zijn
vrouw gaan wonen in de Lange Cingelstraat in het huis genaamd “Romerswale”